Er is een nieuw programma bekend voor het Lage Landen Weekend in De Glind.
Traditionele muziek
van de Lage Landen
Opnieuw wordt er in 2005 een weekend georganiseerd vol met bruisende traditionele muziek uit eigen land en dat van onze zuidelijke buren. Het is, zoals altijd, geschikt voor zangers en instrumentalisten op alle niveaus.
11-13 februari 2005 (afwijkend!)
Normaliter vind het Lage Landen weekend plaats in het 2e weekend van maart, echter niet dit jaar. Door omstandigheden wordt het weekend vervroegd en wel naar 11, 12 en 13 februari 2005 !!!
(...)
Cursusprijs: 135,–
Verdere informatie is in te winnen bij Harold Prijn
(tel. 020-4861163).
- Dansmuziek uit Vlaanderen, Nederland en Frankrijk (Jowan Merckx)
Deze workshop is vooral bedoeld voor redelijk gevorderde spelers van blokfluit (sopraan en/of tenor) en/of whistle (6 gaten fluit) in D (gewone- en/of low whistle). Jowan gaat aan de hand van dansmelodieen (wals, scottish, polka, mazurka, bourrée enz.) in op frasering, blaas- en ademtechniek, cadans, ritme en versieringen. Veel muziekbeoefenaars spelen wel ‘wat blokfluit of zo’; voor hen is dit een unieke gelegenheid om extra vaardigheid op hun instrument op te doen.
Jowan Merckx (België) kwam 2 jaar geleden voor het eerst naar Nederland als docent op het Lage Landen weekend. Dit wastoen zo een succes dat we hem weer teruggevraagd hebben. Hij studeerde op het conservatorium in België af op blokfluit en bespeelt inmiddels al meer dan dertig jaar allerlei fluiten en doedelzakken. Hij maaktedeel uit van zeer bekende Belgische muziekgroepen (o.a. Laïs en Ialma) en trad veelvuldig op met zijn eigen trio (met Helen Flaherty en Philip Masure). Jowan maakte meerdere CD‘s, o.a. 2 stuks met zijn eigen groep ‘Amorroma’ (
www.amorroma.be) welke zijn uitgebracht bij het Belgische folk-label ‘wild boar music’ en daarnaast gaf hij op vele plaatsen blokfluitles.
-Maak je eigen dansmelodieën (Bert Aalbers)
Om de folktraditie vitaal te houden moeten er ook nieuwe nummers worden bedacht. Met traditionele Nederlandse dansmelodieen als uitgangspunt gaan we die nummers bedenken en uitvoeren. Vorig jaar is gebleken dat de deelnemers vaak veel meer konden dan ze voor mogelijk hadden gehouden. Een aantal juweeltjes was toen het resultaat. Het volgende wordt van de cursisten verwacht:
het redelijk kunnen bespelen van hun instrument.
het kunnen noteren van muziek maakt het wel gemakkelijker, maar is niet strikt noodzakelijk.
Bert Aalbers is vanaf 1985 actief in de folkbeweging. Hij maakt(e) o.a. deel uit van de folkgroepen Crackerhash, de Foo-FooBand, Windkracht Acht, Triton en Rumorosamente. Veel instrumentalen op cd’s van deze groepen zijn van zijn hand.
-Het 'opleuken' van Nederlandse volksdeunen en -liederen (Jitze Kopinga)
Deze cursus richt zich op het ‘pakkend’ maken van (ogenschijnlijk ‘saaie’) Nederlandse melodieën d.m.v. de keuze van akkoorden en van tweede en derde melodielijnen. Beginnend vanuit basale begeleidingsvormen, zoals een of twee bourdontonen, komen gaandeweg meer complexe melodieën aan de orde, die om een gevarieerde begeleiding vragen. In eerste instantie worden bepaalde thema’s groepsgewijs aangepakt.
Gaandeweg wordt meer in aparte groepjes worden gewerkt die eenzelfde thema uitwerken en de resultaten vervolgens onderling vergelijken. Het uiteindelijke doel is het opdoen van de nodigeideeën en inspiratie en ‘nieuwe’ liedjes maar ook om aan het einde van de cursus in groepsverband wat ‘lekkere’ deuntjes en liedjes ten gehore te brengen. Hoewel er voornamelijk wordt gewerkt op het gehoor (zoals dat vroeger ook gebeurde), worden de deelnemers geacht enig basale kennis van notenschrift te hebben én van hoe begeleidingsakkoorden zijn samengesteld.
Hoewel alle (volks)muziekinstrumenten in de cursus kunnen worden gebruikt, moeten de deelnemers er rekening mee houden dat de inzetbaarheid van instrumenten die zijn gebonden aan bepaalde toonhoogtes of akkoorden (o.a. doedelzak, en sommige trekzakken) soms beperkingen kan hebben. Deze cursus is vooral bedoeld voor muzikanten die al in groepsverband spelen of voor vocalisten, die zichzelf op hun instrument begeleiden.
Jitze Kopinga is reeds vanaf jeugdige leeftijd een liefhebber en vertolker van volksmuziek. In het begin was dat vooral Angelsaksische muziek maar vanaf de jaren ’70 legde hij zich toe op het traditionele Nederlandse repertoire. Hij maakt deel uit van de groep Folkcorn en speelde in de inmiddels opgeheven groep Dommelvolk. Ook is hij bij tijd en wijle actief als gast- en studiomuzikant bij uitvoeringen en producties van andere folk- en kleinkunstartiesten.
-Schoon Lief Klanken van Cupido's pijlen (Grigori Sarolea)
Liefdes- en minneliederen nemen een zeer belangrijke plaats in onze liedcultuur. Van ondeugende vrijages tot klagelijke afscheidsliederen worden bezongen: een enorme rijkdom aan dicht bij het hart liggende muziek. Dit keer geen pure zangcursus, maar een samensmelting van instrumentaal en vocaal. We gaan vanuit een kleine selectie van oud tot recent Lage Lands materiaal liedjes bewerken. Doel is de liedjes vanuit tekst en melodie ‘aan te kleden’.
We gaan zingen en spelen. Wil je je als instrumentalist inschrijven, realiseer je dat je ook zult gaan zingen.
Je kunt je wel als uitsluitend als zanger inschrijven, maar ook een instrument beheersen is wel een voordeel.
We gaan niet vanuit vooraf gemaakte en uitgeschreven partituren werken. Het arrangeren van de liedjes doen we ter plekke. Ik neem uiteraard wel vooraf ontstane ideeën mee om het zingen/ spelen richting te geven. In principe zijn alle instrumenten welkom. Speel je een diatonisch instrument dan is het wel prettig als je niet beperkt bent tot één stemming.
Het is geen cursus waar je kunt leren zingen of spelen: voor gevorderden dus. Muzikanten vanuit andere genres dan de ‘folk’ zijn juist welkom. Afhankelijk van de samenstelling: minimaal 12 en maximaal 25 à 30 cursisten.
Grigori Sarolea is artistiek leider/dirigent van verschillende koren en ensembles in Nederland. Al jaren is hij actief in de volksmuziek als instrumentalist en vocalist. Daarnaast is hij een geliefd docent. Niet voor niets geeft hij al meer dan tien jaar cursussen tijdens de grote Stage Traditionele Volksmuziek in België waar menig zangtalent kwam bovendrijven zoals o.a. Laïs.
-Op franje kan je dansen (Ruud van den Berg Jr.)
Voor trekharmonicaspelers die al lekker spelen, maar het gevoel hebben dat het lekkerder kan! Hoe speel ik Nederlandse muziek met pit en karakter, en toch dansbaar. In deze workshop aandacht voor tal van versieringen, loopjes, tips en trucs, met als basis oude en nieuwe Nederlandse dansmuziek. Voor deze workshop zijn nodig een deugdelijke trekharmonica, liefst in G-C, en een opnameapparaatje.
Ruud van den Berg speelt sinds twintig jaar bij het Gheselscap Goet ende Fyn (doedelzak, draailier, fluiten, schalmei en trekharmonica), en nam tussendoor deel aan verschillende muziekprojecten (Pledozus, CD’s enz.). Samen met Marius Lutgerink (cabrette) speelt hij muziek uit Auvergne, en hij geeft sinds veertien jaarin het winterseizoen trekharmonicales in Enkhuizen.
-Een dominee met twee gezichten.... (Jos Koning)
Een oud handschrift (1600) vol met danswijsjes uit Noord- en Zuid-Nederland.... opgeschreven door een steile dominee? Het staat bekend als het Luitboek van Thysius en is waarschijnlijk aangelegd door detheologiestudent Smout, later bekend als Smoutius, één van de drie dominees die bijprins Frederik Hendrik kwamen klagen dat het stadsbestuur van Amsterdam niet streng godsdienstig optrad. In zijn jonge jaren verzamelde en speelde hij zúlke swingende muziek dat de latere Boerenlietjes er wat bij verbleken!
Jos Koning (violist, al tientallen jaren professionele muzikale veelvraat, niet zó godsdienstig als Smout maar even bevlogen) is zwaar getroffen door dit muzikale kanon uit de tachtigjarige oorlog en nodigt enthousiaste instrumentalisten én eventueel zangers uit een weekend lang de strijd aan te gaan.