och, ik heb laatst een nieuw bourdonriet gesneden en toen stond ie ineens in F. (niet dat je dat merkt hoor, scheelt maar 1 toon en dat is vrij normaal voor een doedelzak
). Gelukkig deed ik het onder toeziend oog van Frans Hattink (ik kreeg een mini-cursus rieten snijden) dus kon ik de schade meteen herstellen. Best leuk om te doen eigenlijk. Maar liever laat ik het iemand anders doen. Ik heb het geduld niet zo om te priegelen. Los daarvan haal ik mijn doedel 1 x per jaar uit elkaar om te seasonen (dat is een laagje glycerine/gelatine/aspirine aan de binnenkant aanbrengen om hem luchtdicht te houden) en de pijpen te olien.
Wat de sax betreft: die breng ik 1 x per jaar naar De Saxofoonwinkel in Deventer. Ik heb hem ook bij hen gekocht en destijds hebben ze hem helemaal gereviseerd. Het is namelijk een krasse knar uit 1937 en die verdient extra aandacht.
Ze kijken mijn sax altijd helemaal na (met een lampje of er geen lekken zijn etc) en meestal is er niet veel aan de hand, hier en daar een klepje bijstellen, of een kurkje vervangen. Wat ik zelf doe is mijn sax na het spelen altijd schoonmaken en ik bewaar hem in de koffer, dat scheelt in onderhoud: geen aanslag aan de binnenkant (details zal ik achterwege laten) en geen stof of blikschade omdat hij van de standaard kan vallen.
Kwa rieten: ik heb liever dik dan dun. Ik speel op 3 en 3,5 (dat is niet heel dik maar zeker niet dun) en heb een mondstuk dat wat klassieker is. Dat maakt het zwaarder om te spelen maar de toon is stabieler, dieper en mooier. Dunnere rieten zijn wel even lekker als je een tijd niet gespeeld hebt, maar ze gaan heel snel piepen.
Zo dat was het even kwa onderhoud.
gromit