Leuk om je mening te lezen, Tour. Vooral omdat die denk ik ook gebaseerd is op je ervaringen als workshop-docent.
tourdion schreef:
1. Ik begon te merken dat er gevorderde trekharmonica spelers zijn die kunnen lezen en schrijven met 'tablatuur' (cijfertjes). Als je roept: 7komma78 slaan ze binnen een seconde het goede akkoord aan. Men kan er dus net zo snel mee werken als een een andere muzikant met notenschrift.
Ik geloof direct dat ze snel zijn als je 778 roept en dat dat handig is (en daarmee verleidelijk om er aan vast te houden). Maar wat denk ik een groot nadeel is, is dat je niet snapt wat je doet als je in 778 denkt. In plaats van in fac (of waar 778 ook maar voor staat).
Ik heb zelf de eerste jaren met cijfers gespeeld en wist dus niet wat ik deed. Ook snapte ik daardoor het karakter van m'n instrument niet goed. Ik wist niet wat er onder m'n knoppen zat en wist dus ook niet goed wat ik niet had en hoe dat werkte met toonsoorten en akkoorden.
Dankzij Greet Wuyts ben ik van de cijfers afgestapt. Een hele stap als je dat niet gewend bent en je op zo'n onlogisch en raar instrument speelt. Zij had een goede tip: zoek al je duwende g's op je instrument en oefen daar een week op. Om die snel te vinden, om te weten waar ze zitten. Doe de week daarop een andere toon, bijvoorbeeld alle duwende b's. Zo ben ik goed op weg geholpen en al snel kon ik niet-te-moeilijke bladmuziek rechtstreeks spelen op trekharmonica (voor moeilijkere stukken heb ik nog een tijdje m'n blokfluit als hulp-stuk gebruikt).
Dat was de eerste stap. Daarna heb ik o.a. dankzij geduldige uitleg van Cooper en Tour inzicht gekregen in toonladders en akkoorden. Dat heeft wel even geduurd, want was helemaal nieuw voor me. Maar als het je maar vaak genoeg uitgelegd wordt (en juist door meerdere mensen, die het allemaal net op een andere manier uitleggen), viel uiteindelijk het kwartje.
Door die combinatie: weten welke tonen ik onder m'n knoppen heb, en inzicht krijgen in toonsoorten en akkoorden, leer je pas echt muziek maken. Leer je om niet alleen een greep te pakken als een docent 778 roept, maar leer je zelf te kiezen voor 778. Of om eens een variatie te nemen op 778.
En het is noodzakelijk als je in een samenspelworkshop speelt en je echt iets wilt leren. Als er een Maarten Decombel of een Jeroen Geerinck voor de groep staat, kan je niet verwachten dat zij 778 roepen. Zij hebben het over akkoorden, soms zelfs vrij ingewikkelde (sussen en septiemen en akkoorden met een andere bas, etc.). Dan is het heel handig als je kunt vragen uit welke tonen dat akkoord bestaat wat je nog niet goed kent, en 'm dan dus op je harmonica kunt zoeken. Volledig (als je al die tonen hebt), of half (als je ze niet allemaal hebt).
Als je alleen naar trekharmonica-workshops in Nederland gaat (in België doen ze niet aan cijfers) dan kun je je redden met cijfers. Maar als je wat meer wilt leren en meer samen wilt spelen en creatiever om wilt gaan met de muziek, dan moet je daar los van komen zodat je je instrument snapt.
Tour schreef:
2. Ik heb sinds een week een AD. Ik kon al redelijk noten lezen op trekzak voor GC en CF. Maar nu moet ik ineens bij noten die genoteerd zijn in de toonladder van A of D (of Bm) de juiste knoppen zien te vinden. Dat is nog een heel gereken en getel.
Dat lijkt me ook een ramp... Ik heb even op CF gespeeld vorig jaar (in het kader van leren lesgeven) en moest inderdaad heel diep nadenken. En dat was nog met één overlappende rij (de C) en op een instrument waar ik de eerste twee jaar gespeeld heb (ik ben begonnen op CF).
'k kan me goed voorstellen dat cijfers dan een uitkomst zijn.
Tour schreef:
Een andere oplossing is om alle bladmuziek voor trekzak in CF op te schrijven, óók als je het op een ander instrument wil gaan spelen. Dan kan je goed leren lezen in CF en pas je die vaardigheid ook toe als je op je GC of AD gaat spelen. Dat is beter dan het voor 3 instrumenten maar een beetje half kunnen.
:~)
Theoretisch klopt het inderdaad natuurlijk niet, maar dat is voor bes- en es-instrumenten ook zo (daarom wilde ik toen ik een jaartje sopraan-sax probeerde ook gewoon in C lezen, denken en praten. Tot ergernis en onbegrip van mijn docent...).
Tour schreef:
Tot zover mijn ervaringen. Voor een drierijer met kruisen/mollen is het anders: daar wordt niet van instrument gewisseld maar van alleen van toonaard/toonladder. Dán zijn noten op de lange duur aan te bevelen.
Ja, als je een drie-rijer met #-rij hebt, is het echt zonde als je niet weet wat er onder je tonen zit. Omdat het juist zo fijn is dat je dan zeker op akkoord-gebied, alles kunt spelen. En dat leer je dan langzaam. Iemand vertelt je (of je bedenkt het zelf) wat een Gm-akkoord is, je zoekt je bes (die nieuw is) en de g en de d en je zoekt een mooie en werkbare combi van toetsen.