Wat ik het lastige vind aan balfolk, is dat er geen gedefinieerde pasjes zijn. Dat is meteen ook een van de charmes, maar het maakt het classificeren wel lastiger.
Als ik de zelf een indeling zou moeten maken, zou ik het ongeveer zo doen:
Stap 1: absolute beginners, kent nog geen pasjes.
Stap 2: Al wel eens op een paar bals geweest, maar wil de basis nu goed leren en wat simpele variaties.
Stap 3: Goede beheersing van de basis en simpele variaties, maar moet nog bijleren op het gebied van leiden en bewustwording van de zaal.
Stap 4: Is helemaal zeker van de basis en kan zonder na te denken simpele variaties doen. Gaat nu over op moeilijkere variaties zoals ritmische variaties en verplaatsingen.
Stap 5: Beheerst zonder problemen stap 4, en wil buiten de grenzen van de dans treden en skills verfijnen.
En dan zou ik er nog bij willen zeggen dat je – zolang je nog hardop mee moet tellen eigenlijk niet naar Stap 3 en zeker niet naar Stap 4 moet gaan. Dat klinkt onaardig, maar als je nog zo met je eigen pasjes bezig bent, dan ben je niet met je danspartner bezig, en je moet op je partner kunnen letten als je verder gaat in de dans. Dit geld ook voor Bretons, want hoewel je daar niet in een koppel danst, heb je links en rechts iemand in de slinger die je niet in de weg moet zitten.
Verder zou ik mensen rustig doorsturen naar hogere niveaus als ze heel snel bijleren en de basispassen kennen. Als iemand bijvoorbeeld een andere (koppel)dansstijl beheerst en heel snel pasjes leert, dan moet die persoon niet bij stap 2, maar kan diegene rustig naar stap 3 of 4.
Ik heb mijn niveau-indeling trouwens bewust “stap 1, 2, 3, etc.” genoemd, om onderscheid te maken tussen bijvoorbeeld de dansstage waar er ook 5 niveaus worden gehanteerd, maar zij hanteren waarschijnlijk wat andere criteria.
Leersnelheid is een lastig punt. Want ook ‘minder snelle’ leerlingen komen in stap 5, hoewel ze er misschien wat langer over doen. En als een leraar in een niveau erg snel gaat, dan is dat lastig.
Je wilt namelijk dat je snelle leerlingen genoeg uit de les halen, maar je wilt ook je minder snelle leerlingen meekrijgen. Als je snel gaat en een snelle dame komt een minder snelle heer tegen, dan kan dat tot frustratie leiden omdat zij het al snapt, maar hij nog niet. Het voordeel is dat zij hem kan helpen, maar eigenlijk kan ze niet aan haar eigen dans werken – en daar komt en betaald ze voor.
Als je te langzaam gaat, is de snelle groep ook niet blij.
Mijn Zouk-leraar kan hier heel goed mee omgaan. We hebben een vrij kleine groep, en een aantal paren lopen vast op een variatie waar we nu al een tijdje mee bezig zijn en die mijn danspartner en ik zonder moeite doen. Wat hij doet is wel elke week herhalen, maar hij geeft mij en mijn partner individuele tips om op te letten: houding, vloeiendheid van de bewegingen, of hij geeft een extra moeilijkheid zoals een dubbele draai om te oefenen. Op die manier blijven wij ook genoeg uitdaging hebben door flink aan techniek te werken. Ik vind het op deze manier niet erg dat ik in een wat tragere groep zit (zelf ben ik dus een snelle leerling), want mijn leraar zorgt ervoor dat ik evengoed hard moet werken.
Wat mijn leraar ook wel doet is vragen of mijn partner en ik even met een ander stel willen werken zodat hij haar kan helpen, en ik hem. Omdat we zelf altijd veel uit de les halen vinden we dat nooit erg, maar in een situatie waarbij er weinig tijd is voor individuele aandacht zou ik dit waarschijnlijk wel vervelend vinden.
Met balfolk is dit soms wat lastiger. De groepen zijn wat groter en er is minder tijd voor individuele aandacht. Ook is er vaak maar één leraar (of twee) en die moeten de aandacht over de hele zaal verdelen. Bij wat beginnende groepen zou dit wel op te lossen zijn. Ik heb het al vaker geroepen, maar nog niet in de praktijk gezien: vraag wat gevorderde dansers of ze een middagje willen komen assisteren. Dan is je groep ietsje groter, maar is er veel meer individuele aandacht omdat de gevorderde dansers zich kunnen focussen op hun danspartner van dat moment en helpen waar nodig.
Ook bij ongebalanceerde groepen is dit prettig. Als je twee dames te veel hebt, dan zijn er vast twee heren die wel willen assisteren zodat de dames (ik noem ‘volgers’ voor het gemak even dames) niet ongewild een andere rol moeten aannemen of aan de kant zitten maar zich helemaal op hun eigen rol kunnen focussen.
Zo, even genoeg gezegd. Iemand anders ideeën?